Terminology

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z All
DutchLithuanianLatvianEstonianEnglish
waardeloos
worthless; no value; without any value
waardeoordeel
judgement
waardevol
value, great -
wachtzet
watervalprobleem
cascade
wedstrijd
contest, match (individual); tournament
wedstrijd (individuel)
tournament; match, contest (individual)
wedstrijdklok
timer; (checker) clock
wedstrijdleider
referee
wedstrijdspeler
match player
wedstrijdwezen
contest organization
weerstandspunten
Weiss, zetje van
Weiss, zetje van -
Weiss manoeuvre
welp
mini_cadet
wereldkampioenschap
world championship
wereldtitel
wereldtoernooi (Olympisch)
world championship, (Olympic) tournament for the -
werkeloos
idle
werkeloosheid
idleness
Wie is aan zet?
winnaar
winner (2nd = runner-up)
winnen
to win, winning
winnen (een schijf -)
winnend
winning
winst
win
winstgang
winning course
winstkans
win, chance to -
winstvariant
winning line
wit
white
wit aan zet
white to move
wit is aan zet
wit maakt remise
white draws
wit speelt en wint
white to play and wins
witspeler
white player
✓ = Confirmed by language admin ⚠ = Pending confirmation